Klein duimpje

groep 1-2

Het sprookje van Klein duimpje 
gaat over een arm houthakkers gezin met 7 zonen.

Er is geen eten meer in huis en geen geld.

Ten einde raad laten de ouders de kinderen in het bos achter.

De jongste en het slimste ventje: klein duimpje,

weet de jongens meerdere malen te redden... 

ook uit de handen van een reus die graag kinderen lust.

Als de woedende reus hen met zijn zevenmijlslaarzen achterna komt 

weet hij de situatie zo te keren dat hij en zijn broers

tenslotte met de schat van de reus thuis komen.

Zo hoeft het gezin van de houthakker nooit meer honger te lijden.

De zevenmijlslaarzen staan al getekend op het papier.

De opdracht is teken een reus en teken klein duimpje.

Laat het verschil tussen groot en klein duidelijk zien.

Het verschil laten zien tussen groot en klein 

lukt de kinderen heel goed. 

Er worden leuke tekeningen gemaakt.

Roodkapje

Groep 1-2

Het sprookje van roodkapje is al eerder aan bod gekomen.

De opdracht beviel toen niet zo

en daarom tekenen we nu wat anders.

De wolf is Roodkapje tegengekomen in het bos.

Hij heeft een slim plannetje.

Hij wil 2 malse hapjes regelen op één dag.
Hij stuurt Roodkapje verder het bos in
en zelf rent hij naar het huisje van grootmoeder.

Als hij grootmoeder opgegeten heeft

gaat hij in bed liggen wachten op Roodkapje.

Hoe het sprookje afloopt is bekent.

Op het blaadje zien we de wolf in bed liggen.

We gaan een lapjes deken tekenen.

De opdracht is:

Trek van boven naar beneden lange lijnen met een kleur die je mooi vindt.

Trek daarna lange lijnen van links naar rechts.

Er ontstaan vakken die de kinderen mogen inkleuren.

 Ze mogen de vakken ook versieren met:

zonnetjes, sterretjes, hartjes, auto's, bloemen enz.

De versieringen zijn een arceer oefening.

Kinderen gaan op een gegeven moment lijnen en dwarslijnen tekenen. 

Dat hoort bij de normale tekenontwikkeling.

Als een kind kruisingen gaat tekenen betekent dat, 

dat er een eigen wil ontstaat.

 De periode dat een kind dwars tegen andermans meningen ingaat

 noemen we wel de peuterpubertijd.

Het tekenen van de lijnen was geen probleem.

De lapjes versieren is elke keer veel werk 

en werd niet door iedereen gedaan.

De meesten kleurden de lapjes deken wel in.

Roodkapje kwam deze keer in 2 tekeningen voor.

Hier durfde ze heel dicht in de buurt van het bed te komen.

De wolf ligt met bloemen in bed:

 Lekker aan het werk:

 

Nog een paar tekeningen van beginnende kunstenaars:

 Een aparte variant van de lapjesdeken:

Tot slot nog een Efteling filmpje van roodkapje.

De wolf en de 7 geitjes

groep 1-2

Het sprookje van de wolf en de 7 geitjes is een bekent sprookje.

Moeder Geit gaat boodschappen halen

haar 7 kinderen blijven alleen thuis.

Ze mogen de deur niet opendoen voor de boze wolf.

De wolf weet met een list toch binnen te komen

en eet 6 geitjes achter elkaar op.

Het jongste geitje heeft zich verstopt in de klok

hij overleeft het geweld.

Welke opdracht past bij dit sprookje?

Ondanks de slechte bedoelingen van de wolf

heeft hij een prachtige, fascinerende kop.

Die kop wordt het uitgangspunt van de tekenopdracht.

Op het papier staat de wolvenkop 

die eventueel als masker gebruikt kan worden.

De kinderen kunnen, als ze dat willen, 

thuis de kop uitknippen en op karton plakken.

De ouders moeten dan maar even helpen.

Delen van de kop zijn gestippeld.

Wij gaan de vacht van de wolf tekenen.

We tekenen streepjes van boven naar beneden op de stippels.

Het is een arceer opdracht.

Arceren is een goede oefening 

voor het trekken van rechte lijnen en evenwijdige neerhalen. 

De belangrijkste letterdelen zijn de neerhalen.

Daarna mag de kop worden ingekleurd.

 

Een filmpje met het jongste geitje in de hoofdrol.

Doornroosje

groep 1-2

Er zijn 2 scholen bezig met sprookjes.

Er staan al een paar lessen op de site over dit onderwerp

maar er komen dit keer andere sprookjes aan bod.
Het eerste sprookje wordt Doornroosje.

Als Doornroosje geboren wordt 

zijn er 12 feeën uitgenodigd op het geboortefeest.

Zij wensen het nieuwe prinsesje alle moois en goeds toe in haar leven.

De 13 fee is niet uitgenodigd 

en boos wenst ze het meisje een vroege dood toe.

De laatste fee heeft gelukkig nog geen wens uitgesproken 

ze kan alleen het leed alleen verzachten.

Doornroosje zal niet sterven maar 100 jaar slapen.

Doornroosje prikt zich, zoals voorspelt,

op haar 15de verjaardag aan een spinnewiel.

Ze valt in slaap en met haar 

 iedereen die in het paleis woont.

Zodra Doornroosje slaapt begint er  

een doornenhaag rond het kasteel te groeien.

Als de 100 jaar voorbij zijn 

komt er een prins uit een ver land langs.

De doornenhaag veranderd in een haag met mooie bloemen

en wijkt uit elkaar voor de prins.

Als de prins Doornroosje vindt

 kust hij haar wakker.

De prins en Doornroosje worden verliefd.

en ze leven nog lang en gelukkig
zoals het hoort in een sprookje.

Op het blaadje staan de kantelen van het kasteel 

en de doornenhaag.

We gaan de kantelen met rechte lijnen overtrekken

en we maken scherpe rechte hoeken.

Deze oefening komt niet veel voor.

Het kasteel mag verder afgemaakt worden.

Er kunnen extra ramen ingetekend worden

 en een poort met ophaalbrug.

Misschien zie je door het raam Doornroosje wel slapen?

 

De roosjes mogen worden ingekleurd.

Dat gebeurde een paar keer echt netjes:

                                             Maar meestal was dit het resultaat:

Er horen wachters op de kantelen:

En de prins en de prinses mogen er natuurlijk ook erbij:

    

En een vliegende draak:

Maar wat zijn kantelen en wat is een spinnewiel?