groep 1,2
Klein mannetje zoekt verder naar een huis.
Hij ontmoet uiteindelijk klein vrouwtje en hij trekt bij haar in.
Het boek eindigt met een groot feest
voor alle vrienden van klein mannetje.
In de tekenlessen gaan we ook nog naar hele andere huizen kijken.
Het boek eindigt met een groot feest
voor alle vrienden van klein mannetje.
In de tekenlessen gaan we ook nog naar hele andere huizen kijken.
Klein mannetje en klein vrouwtje bezoeken samen een molen.
Er zijn veel molens waar je een kijkje in kan nemen.
Monumentendag is een prachtige gelegenheid.
Een molen is ook een ingenieus stuk oude techniek.
Als de molen draait dan kan je de molen vaak wel bezoeken.
Een molen moet regelmatig draaien anders gaat hij achteruit.
Nog steeds heeft een molen windrecht.
Wij hebben een mooie molen in onze stad.
Hij staat op een prominente plek.
Je komt er altijd langs als je de stad in of uit wil.
Je kan er ook lekker eten.
De kinderen kennen de molen wel.
De kinderen kennen de molen wel.
Op het blaadje staat de molen met lege wieken.
We gaan de latten in de wieken tekenen.
Het is een oefening met dwars lijnen.
De oefening sluit aan bij de normale tekenontwikkeling van een kind.
Kruisingen:
Kruisingen geven aan dat het kind een eigen weg gaat.
Dat er een eigen wil ontstaat.
Het doorkruisen van andermans meningen.
Er dwars tegen in gaan.
Ook in het spel zien we botsingen en kruisingen.
We noemen deze periode wel de peuterpubertijd.
Als de wieken zijn gedaan mag de tekening worden afgemaakt
met ramen en deuren:
We hebben het over de grote molenstenen gehad
waar tussen het koren gemaald wordt.
Die horen er natuurlijk ook bij:
Klein mannetje staat op de tekening:
en je mag jezelf en je familie tekenen bij de molen.
De resultaten waren erg leuk
voor het begin van het schooljaar.