Over een eigenwijs biggetje...

groep 1-2

Het boek van Bertje Big wordt het uitgangspunt van de komende lessen. 



Bertje is een jong biggetje.
Hij houd niet van modder.
Hij vind modder vies!
Met zijn neus in de lucht loopt hij weg
als zijn familie lekker in de modder wil chillen



 Bertje Big gaat bij de andere boerderijdieren kijken.
Hij gaat vragen of hij met hén mee mag doen
maar of dat een goed idee is...?



Bertje Big is goed en vlot getekend 
en over het verhaal is ook nagedacht.
Het boek bied de kans om alle boerderijdieren te behandelen.
Het wordt de rode draad in de komende lessen.



 We beginnen vandaag met Bertje Big zelf.
De eerste bladzijden van het boek worden verteld
en de tekeningen laat ik zien.
In mijn eigen verhaal staan allerlei wetenswaardigheden over biggetjes.
De combinatie werkt goed.

 

De meeste kinderen hebben 
weleens een echt varken gezien in de kinderboerderij.

 

Waarom rollen varkens zo graag door de modder?
Dat is de grote vraag:
 Ze doen dat om af te koelen 
en om allerlei kriebelbeestjes kwijt te raken.
De kriebelbeestjes gaan in de modder zitten
en vallen van hun huid als de modder opdroogt

 
 
We gaan vandaag een biggetje tekenen.
We gaan een heleboel cirkels tekenen.
We beginnen groot voor het lijf,
een slag kleiner voor de kop
nog kleiner voor de neus
en nog kleiner voor de ogen en de neusgaten.



We doen alle cirkels 5x.
Daarna mogen de pootjes, 
de oortjes en het staartje getekend worden.



Er zijn extra roze potloden 
In het boek is de vader van Bertje gevlekt.
Dat hebben de kinderen goed onthouden
er werden verschillende gevlekte varkens getekend.
 


De modderpoel kreeg een plekje
en natuurlijk waren er bloemen, wolken en hartjes



En... er waren kleine biggetjes:

Willem Alexander

groep 1-2

Het project over de kroning is inmiddels 2 weken bezig.

Het is voor de kinderen een beetje verwarrend project.

Voor hen is een prinses iemand als Sneeuwwitje of Doornroosje

en geen gewoon mens.

Het verhaal gaat vandaag over Willem Alexander.

Ik wilde in het verhaal duidelijk maken 

dat de prins geen keuze heeft wat betreft zijn beroep.

In het verhaaltje zitten vaak een paar vragen.
De vraag was deze keer:

Wat zou je doen als jij koning of koningin zou zijn?
De kinderen hadden er geen ideeën bij.

De prins staat voor de spiegel.

Nog even dan is het zover.

Nog even dan is hij eindelijk koning. 

Hij trekt een belangrijk gezicht in de spiegel.

Op de dag dat hij koning wordt krijgt hij een lange rode mantel om.

De mantel is afgezet met wit bont.

Die koningsmantel draagt hij alleen op die ene dag, alleen tijdens de kroning.

Als je de mantel om hebt dan loop je niet gewoon, dan schrijd je..

Schrijden is een oud en deftig woord voor langzaam lopen.

 

Bas van der Heiden heeft een actie met een koningsmantel.

 

Er ligt zo,n mantel in de poppenhoek.

De kinderen mogen halverwege het verhaal in de klas voordoen 

hoe je het beste kan 'schrijden' met de mantel aan

én hoe je het beste kan zwaaien naar het volk.

de nieuwe koning met mantel

De prins oefent voor de spiegel.

Heel langzaam loopt hij naar voren.

De prins heeft zijn hele leven op deze dag gewacht.

Hij weet al vanaf zijn geboorte dat hij koning wordt.

  Koning zijn is geen baantje dat hij zelf mag uitkiezen.

Hij is de oudste zoon en hij volgt zijn moeder op als ze er mee stopt.

Zo is het...

 

Eerst wilde hij geen koning worden.

Hij wilde graag leuke dingen doen en plezier hebben in zijn leven.

Hij wilde ook echt interessant werk doen. 

Hij leerde daarom alles over water.

 

Is het eerlijk dat de prins niet mag kiezen wat hij wil worden?

Misschien wil hij wel vrachtwagenchauffeur worden of piloot 

of brandweerman of politie?

Stel je voor dat je de koning of de koningin bent. 

Je bent de belangrijkste persoon van het hele land.

Je mag altijd zeggen wat je wilt eten

en als je jarig bent komt iedereen op je feestje.  

Op het blaadje staat de kroon:

 

  Opdracht : we gaan vandaag de kroon versieren met parels en edelstenen.

Een arceer oefening. 

  Kleur de kroon in en maak hem zo mooi mogelijk.

Teken het gezicht van jezelf onder de kroon 

of teken het gezicht van Willem Alexander.

De opdracht leverde een serie mooie koppoters op.

 Er is lekker gewerkt.

Kasteel Drakensteyn

groep 1-2

Een koningin woont niet in een gewoon huis.
Een koningin woont in een kasteel.



Kasteel Drakensteyn is het kasteeltje van Koningin Beatrix.

Het is prive bezit.

Het kasteel is in 2006 gerenoveerd.

Koning Beatrix heeft gelukkig jaren gekend
 in dit kleine kasteel bij Lage Vuursche.

De eerste jaren van haar huwelijk woonde ze er 

met prins Claus en kreeg ze haar 3 zonen.

 

Het verhaaltje gaat  over de laatste dagen van Beatrix als koningin.

Luister maar:

De koningin zit op haar troon in het grote paleis.

Ze zet elke dag een streepje op de kalender.

De koningin hoeft niet lang meer te werken.

Haar oudste zoon neemt haar werk over.

 

Hij wordt de nieuwe koning, dat hoort zo.

Haar oudste zoon is getrouwd met een mooie prinses en hij heeft 3 dochters.

Hij is soms een beetje dom.

 

De prins gaat ,als hij eenmaal koning is,

 regeren over het land.

Hij doet alles een beetje anders dan zijn moeder,

maar dat geeft niet.

 

De koningin heeft altijd erg haar best gedaan.

Ze wilde haar werk zo goed mogelijk doen,
maar nu is het genoeg.

 

Ze wil terug naar kasteel Drakensteyn.

Het kasteel waar ze woonde toen haar man nog leefde.

Het kasteel waar ze woonde toen haar kinderen nog jong waren.

We gaan vandaag het kasteel in orde maken voor de oude koningin.

De opdracht is:
Teken streepjes in het hekje op het dak.

De streepjes in het dak zijn een goede oefening 

voor het trekken van rechte lijnen en evenwijdige neerhalen. 

De belangrijkste letterdelen zijn de neerhalen.

 

Teken de ramen (vierkante vormen met kruisingen) in de muren van het kasteel:

De meeste kinderen kunnen met 4 jaar een vierkant tekenen.
met 3,5 jaar een recht kruis.
We zien aan de tekening hoever de ontwikkeling is van de kinderen.

Kinderen gaan op een gegeven moment kruisingen tekenen:

Het tekenen van kruisingen geeft aan dat er een eigen wil ontstaat!

Het is het doorkruisen van andermans meningen,

er dwars tegenin gaan.

Ook in het spel zien we botsingen en kruisingen.

We noemen deze periode wel de peuterpubertijd.

  
  

Teken de Nederlandse vlag op het dak,
 want als de koningin thuis is wappert de vlag in top.

Teken een paar bomen en gras:

 

De koningin hoort er natuurlijk ook bij,
hier met kroon:



en misschien vliegt er ook wel ergens een draakje om het huis?

 

 Over het onderwerp had ik wat twijfels maar
een kasteel óf... was het, het draakje (?)
prikkelde kennelijk toch de fantasie want er is goed gewerkt.

Ronde ramen en gras..

De schatkaart

groep 3

De piraten hebben een grote schat buit gemaakt.

Ze willen de schat verstoppen op een onbewoond eiland.

Ze hebben dan natuurlijk ook een echte schatkaart nodig.

De piraten gaan op weg en komen op het eiland aan.

Ze lopen over allerlei kronkelige paadjes

Ze komen langs 2 palmbomen die dicht bij elkaar staan,

langs een grote kei, een rivier en een grot.

Onderweg horen ze apen schreeuwen en vogels fluiten.

  Eindelijk vinden ze een goede verstop plek.

Ik wilde de kinderen een kronkelweg op de kaart laten tekenen.

De weg heeft heel veel kronkels maar mag nergens kruisen.

Het is een tekenoefening die gaat over de confrontatie uit de weg gaan.

Misschien was de instructie niet helemaal duidelijk.

Op een enkeling na snapten de kinderen

 niets van de kronkelweg.

Dit is ook een luisteropdracht: een soort tekendictee.

Tekenen de kinderen wat de piraten onderweg tegengekomen zijn?

Eén van de kinderen had een aapje en vogels getekend, 

de geluiden die je onderweg hoorde.

Die tekening is helaas niet gefotografeerd.

Maak zelf een schatkaart: