In de kleuterklassen begint de dag in de kring.
Er zijn grote en kleine kringen.
De grote kring is het moment dat de kinderen mogen vertellen
wat ze hebben gedaan en meegemaakt.
Er zijn grote en kleine kringen.
De grote kring is het moment dat de kinderen mogen vertellen
wat ze hebben gedaan en meegemaakt.
Zo weet je wat de kinderen bezig houd.
en dat ze niet bang zijn om in een groep hun mond open te doen.
Scholen geven een ik-tas of kanjer tas mee.
De kinderen mogen er 5 spulletjes in stoppen die zij belangrijk vinden:
zoals één stuk speelgoed, een foto van het gezin,
een favoriet boek, een onderdeel van een sport of hobby ed.
Ze mogen dan iets vertellen over zichzelf en hun spulletjes.
De luisteraars kunnen na afloop vragen stellen
en een compliment geven.
De vertelbeurt kan ook een boekenkring zijn
waarin een lievelingsboek centraal staat.
De kinderen mogen het boek voorlezen
of vertellen waar het over gaat.
Het is de bedoeling dat de kinderen thuis oefenen met de ouders
en een paar vragen formuleren voor de klasgenootjes.
Sommige klassen hebben een speciale 'praatstoel .
1x per week is er een kind aan de beurt
en die mag iets vertellen over zijn huisdier, sport ed.
Ze mogen dingen van thuis meenemen en laten zien.
Zo leren ze presenteren.
Andere scholen hebben een Kamishibai,
dat is een vertelkastje of kletstheater
waarmee de kinderen hun verhaal kunnen doen.
dat is een vertelkastje of kletstheater
waarmee de kinderen hun verhaal kunnen doen.
Het doel van dit alles is het verbeteren van de woordenschat,
het stimuleren van het vertellen voor een groep,
duidelijk praten en zinsbouw.
het stimuleren van het vertellen voor een groep,
duidelijk praten en zinsbouw.
want dat heeft blijkbaar ook een groot effect...
De extraverte kinderen zullen de spreekbeurten wel doen
maar hoe krijg je de verlegen introverte kinderen aan het praten?