Rupsje nooit genoeg 2

groep 1-2

Rupsje nooit genoeg, eet zich door het prentenboek heen.

Hij eet allemaal gezonde dingen en af en toe wat lekkers.

Voor de tweede opdracht in deze serie

zien we Rupsje nooit genoeg
 in een hele bekende pose op het blaadje staan.

Rupsje nooit genoeg heeft in het boek haartjes op zijn rug.
We gaan streepjes tekenen.
Streepjes zijn de belangrijkste letteronderdelen.

Hoe regelmatiger de streepjes getekend worden hoe beter.

We oefenen geen letters met de tekenles.

Als de kinderen iets verkeerd aanleren
 moet het later weer afgeleerd worden.

Door ze neutrale opdrachten te geven 

leren ze toch met een potlood om te gaan.

Er blijken dus verschillende uitvoeringen

 voor de haartjes mogelijk te zijn:

Daarna mag de rups worden ingekleurd.

Hier met gras en een zonnetje:

Er mag ook iets te eten bijgetekend worden:

Rupsje nooit genoeg 1

groep 1-2

AH heeft een succesvolle actie gehad met insecten.

Beide scholen haken erbij aan met het boek Rupsje nooit genoeg.

Ze hebben ook een vlinderpakket besteld.

Die vlinder pakketten zijn erg leuk en informatief.

Het boek Rupsje nooit genoeg is, natuurlijk bij uitstek,

 een geschikt boek om te combineren met het thema eten

maar daar ligt nu de nadruk niet op.

Het is nacht.

In de maneschijn zien we een klein eitje op een blad liggen.

De volgende morgen als de zon gaat schijnen

komt er een rupsje uit het eitje gekropen.

Rupsje nooit genoeg heeft honger. 
Hij eet en eet maar door.



Als alle blaadjes van de boom op zijn, begint hij aan taart, 

worst, snoep, fruit en chocolade.

 Elke dag van de week wordt hij een beetje dikker, 

totdat hij verschrikkelijke buikpijn krijgt. 

Hij bouwt een huisje om zich heen 

en aan het eind van de week 

komt hij er weer uit als een prachtige vlinder! 

Op het papier staat het blad van de boom 

met rupsje nooit genoeg.

Hij heeft al 1 gaatje in het blad gegeten

wij gaan er meer gaatjes bijtekenen.

We tekenen ook de nerven in het blad

en kleuren de rups met kleine rondjes netjes in.

Je mag er vlinders bij tekenen:

nog een rups:

en jezelf:

Een paar tekeningen met aparte rondjes:

Boer Boris gaat naar de markt 4

groep 1-2

Boer Boris gaat uiteindelijk met de bus naar de markt.

Hij heeft zijn koopwaar al uitgestald in zijn kraam.

Laat de klanten maar komen...

De kinderen zijn naar de markt geweest.

Ze waren verdeeld in groepjes 

en ze konden per groepje een euro besteden.

Ze hebben veel gekocht. 

Hier en daar kregen ze ook wat extra,s van de marktkooplui.

Op de markt is het altijd levendig en gezellig.

Er is veel te koop op de markt.

er zijn veel verschillende soorten kramen.

Vandaag gaan we een marktkraam tekenen.

We tekenen streepjes in het zeil boven de kraam.

Daarna tekenen we streepjes in de kraam zelf.

We verdelen de kraam in vakken.

We trekken streepjes tussen de lijnen.

Het is een oefening in secuur werken.

In de vakken tekenen we de koopwaar.

Dat is een arceeroefening.

Boer Boris hoort natuurlijk in zijn kraam te staan:

Boer Boris met de boerin:

en er mogen klanten bijgetekend worden:

Boer Boris gaat naar de markt 3

groep 1-2

Boer Boris wil naar de markt

maar hoe komt hij daar?

Als hij gaat lopen dan houd een verkeersbord 

met verboden voor voetgangers hem tegen.

Als hij gaat fietsen dan ziet hij dat fietsen verboden is.

Zelfs als hij met de boot, of met het vliegtuig en met een raket

naar de markt wil dan zegt een verkeersbord dat, dat niet mag.

Hij mag wel met de bus; met het openbaar vervoer.

Dus boer Boris pakt de bus.

Hij gaat gezellig met zijn broer en zus.

Hij neemt al zijn spullen mee.

Op het blaadje staat de bus van Boer Boris.

We gaan de raampjes in de bus tekenen.

het zijn vierkante vormen

Kinderen kunnen met +/- 4 jaar wel vierkanten tekenen.

Boer Boris stuurt de bus

en de dieren zitten achter het raampje.

 

De bus mag worden ingekleurd:

En er mogen verkeersborden bij worden getekend: 

Een bus vol sla, worteltjes en appels: