De vuurvogel

Groep 1-2

We gaan tekenen over de vuurvogel.

De les past in het thema sprookjes.

De vuurvogel is een Russisch sprookje.

Er zijn een aantal versies.

 Deze versie wordt gebruikt voor de inleiding. 

Het is een te lang en ingewikkeld verhaal voor de kleuters.

Het verhaal wordt drastisch ingekort 

en het eind verandert ook een beetje.

De vuurvogel of feniks is een mythische vogel.

Het is het symbool voor de opstanding uit de dood.

We kennen de vogel wel uit de Harry Potter boeken.

Ook Maarten Toonder heeft er een boek aan gewijd.

Rood, geel en oranje zijn vuurkleuren.

Er zijn niet genoeg oranje potloden 
om ieder kind een eigen setje kleuren te geven,

daarom maken we van de nood een deugd.

Ieder kind krijgt een eigen geel en een eigen rood potlood,

de kleur oranje gaan ze mengen.

De vuurvogel staat al op het blaadje

en we gaan de vogel inkleuren.

We laten de kleuren verlopen van geel naar rood.

Het is een kleuroefening.

Eigenlijk doen we dit te weinig.

Als de gele kleur eerst wordt gebruikt 

dan kan de rode kleur er overheen gezet worden

andersom gaat minder goed.

Mengen lukt redelijk

 maar vloeiende overgangen maken is lastiger.

 Toch zijn er mooie vuurvogels gemaakt:

Als de vuurvogel af is 

mag er nog een kooi omheen getekend worden.

De vuurvogel zit tenslotte in een kooi bij de tsaar.

Assepoester

Groep 1-2

Assepoester is het volgende bekende sprookje.

De vader van Assepoester is weduwnaar.

Hij hertrouwt een vrouw met 2 dochters.

De 3 vrouwen laten Assepoester hard werken in huis.

Op een dag geeft de prins een groot feest.

Hij zoekt zijn sprookjes prinses.

Hij nodigt alle jonge vrouwen uit voor het bal.

Assepoester wil ook naar het feest 

maar ze mag niet van haar stiefmoeder.

Toch verschijnt Assepoester met een beetje toverhulp

als het mooiste meisje op het bal.

Ze moet voor 12 uur weg zijn 

want dan wordt de betovering verbroken.

Dat lukt op het nippertje.

Assepoester verliest haar glazen schoentje onderweg.

Door dat schoentje weet de prins 

het onbekende meisje weer terug te vinden.

We gaan vandaag bij de klok 10x linksom rondjes tekenen.

Het is een oefening voor de letter O en het cijfer 0.

Hoe zie je dat het 12 uur is?

Teken de wijzers van de klok.

 

De prins staat helemaal getekend op het papier.

Hem geven we een mooi pak door hem netjes in te kleuren.

Assepoester staat er voor de helft op.

Haar bovenlijf is getekend en haar gezicht.

De opdracht is: geef Assepoester een prachtige jurk en mooie haren:

Ik was benieuwd hoe de opdracht gemaakt zou worden

én of de jongens de opdracht leuk zouden vinden.

Dat laatste was totaal geen probleem.

Er waren uiteindelijk in 4 klassen veel prachtige prinsessen:

De prins en prinses met kroontjes:

Let op de schoentjes:

Er horen ook feestvlaggetjes op de tekening:

en hartjes:

Lekker aan het werk:

Klein duimpje

groep 1-2

Het sprookje van Klein duimpje 
gaat over een arm houthakkers gezin met 7 zonen.

Er is geen eten meer in huis en geen geld.

Ten einde raad laten de ouders de kinderen in het bos achter.

Het slimme jongste ventje: klein duimpje,

weet de jongens meerdere malen te redden... 

ook uit de handen van een reus die graag kinderen lust.

Als de woedende reus hen met zijn zevenmijlslaarzen achterna komt 

weet hij de situatie zo te keren dat hij en zijn broers

tenslotte met de schat van de reus thuis komen.

Zo hoeft het gezin van de houthakker nooit meer honger te lijden.

De zevenmijlslaarzen staan al getekend op het papier.

De opdracht is teken een reus en teken klein duimpje.

Laat het verschil tussen groot en klein duidelijk zien.

Het verschil laten zien tussen groot en klein 

lukt de kinderen heel goed. 

Er worden leuke tekeningen gemaakt.

Roodkapje

Groep 1-2

Het sprookje van roodkapje is al eerder aan bod gekomen.

De opdracht beviel toen niet zo

en daarom tekenen we nu wat anders.

De wolf is Roodkapje tegengekomen in het bos.

Hij heeft een slim plannetje.

Hij wil 2 malse hapjes regelen op één dag.
Hij stuurt Roodkapje verder het bos in
en zelf rent hij naar het huisje van grootmoeder.

Als hij grootmoeder opgegeten heeft

gaat hij in bed liggen wachten op Roodkapje.

Hoe het sprookje afloopt is bekent.

Op het blaadje zien we de wolf in bed liggen.

We gaan een lapjes deken tekenen.

De opdracht is:

Trek van boven naar beneden lange lijnen met een kleur die je mooi vindt.

Trek daarna lange lijnen van links naar rechts.

Er ontstaan vakken die de kinderen mogen inkleuren.

 Ze mogen de vakken ook versieren met:

zonnetjes, sterretjes, hartjes, auto's, bloemen enz.

De versieringen zijn een arceer oefening.

Kinderen gaan op een gegeven moment lijnen en dwarslijnen tekenen. 

Dat hoort bij de normale tekenontwikkeling.

Als een kind kruisingen gaat tekenen betekent dat, 

dat er een eigen wil ontstaat.

 De periode dat een kind dwars tegen andermans meningen ingaat

 noemen we wel de peuterpubertijd.

Het tekenen van de lijnen was geen probleem.

De lapjes versieren is elke keer veel werk 

en werd niet door iedereen gedaan.

De meesten kleurden de lapjes deken wel in.

Roodkapje kwam deze keer in 2 tekeningen voor.

Hier durfde ze heel dicht in de buurt van het bed te komen.

De wolf ligt met bloemen in bed:

 Lekker aan het werk:

 

Nog een paar tekeningen van beginnende kunstenaars:

 Een aparte variant van de lapjesdeken:

Tot slot nog een Efteling filmpje van roodkapje.