Totaal aantal pageviews

woensdag 17 augustus 2011

Creatieve hoofdzaken





In haar boeken: leer tekenen en leer creatief te zijnl
 legt Betty Edwards de werking van de hersenhelften uit mbt tekenen: 
                                    
Onze hersenen lijken op een walnoot.
Ze bestaan uit 2 hersenhelften:
De linkerhersenhelft en de rechterhersenhelft.

Beide hersenhelften hebben hun eigen taak.
Bij rechtshandigen is de taakverdeling als volgt:
 (bij linkshandigen is het andersom.)

Links:                                                   Rechts:
De spraak                                                                    creatief
lineair                                                                          artistiek
denken                                                                         visueel
verstand                                                                      intuïtie
                        logisch                                                                         ideeën                         
rekenen                                                                       holistisch
                feiten                                                                           melodie herkenning
              analyse                                                                       ziet de grote lijnen
daadkracht                                                                  ruimtelijk
            orde                                                                             multie processing
              woorden van een liedje                                                  samenvattingen (synthesen)
oog voor detail                                                              non verbaal
computerachtig                                                             al-omvattend
gebruikt symbolen                                                         analoog           



Tussen beide hersenhelften zit het Corpus Callosum, de hersenbalk of balk.
Het Corpus Callosum verbindt de beide hersenhelften met elkaar.
Hoe meer hersenzenuwen het Corpus Callosum passeren 
hoe meer en makkelijker de beide hersenhelften 
met elkaar kunnen samenwerken.
Daarom zijn kruipen en de kruisloop zo belangrijk 
én andere activiteiten en spelletjes die de middellijn oversteken.


De rechterhersenhelft ontwikkeld zich als kinderen 3-4 jaar oud zijn.
De linkerhersenhelft als het kind ongeveer 7 jaar oud is.

                                         "Logica brengt je van A naar B.                                                       Verbeelding brengt je overal." Albert Einstein


Door het onderwijs en onze westerse samenleving 
 ligt de nadruk meer op de taken van de linkerhersenhelft 
dan op de taken van de rechterhersenhelft.
We vinden de taken van de linkerhersenhelft eigenlijk belangrijker 
maar de hersenhelften vullen elkaar aan.
   
Om die reden is het spelen in de kleutertijd
en het ontwikkelen van creativiteit belangrijk.

          
Hoe kunnen we de creativiteit van onze kinderen stimuleren?

Zorg dat kinderen kleren aan hebben die vies mogen worden.
Zorg voor voldoende materialen 
zoals gekleurd papier, potloden, plakband, potloden, stiften, scharen ed,
 eenvoudige muziekinstrumenten en speelgoed.
Zorg voor voldoende ruimte aan tafel, 
leg er een plasticzeil over dat makkelijk schoon te maken is.
Doe verschillende dingen met uw kinderen, 
laat ze niet de hele dag computeren of tv kijken.
Plan hun tijd niet vol met clubjes en sporten ed 
maar geef ze ook tijd om zichzelf bezig te houden.

Om te ontdekken welke hersenhelft het meest dominant is 
kan je de volgende test doen:


 www.123test.nl/brein/






zaterdag 13 augustus 2011

De middellijn




In de documentaire over de hersenen wordt uitgelegd
 dat er nieuwe verbindingen
 in de hersenen worden aangemaakt
als we iets nieuws leren
en dat die verbindingen zich uitbreiden als we meer oefenen.


Afbeeldingsresultaat voor de twee hersenhelften

Naast het aanleggen van nieuwe verbindingen
 is de samenwerking tussen beide hersenhelften belangrijk.
De linker en rechterhersenhelft hebben eigen taken.
Klik hier als je wilt weten welke hersenhelft bij jou dominanter is.

Door de manier waarop ons onderwijs geregeld is
krijgt de linkerhersenhelft meer aandacht
maar om goed te kunnen functioneren 
is een goede samenwerking 
tussen de beide hersenhelften van belang.
De hersenhelften worden gescheiden door de hersenbalk.
Er moeten voldoende verbindingen zijn
 van links naar rechts en andersom
Die verbindingen worden tot stand gebracht 
oa door te kruipen als baby.
Gaat er iets mis in dat ontwikkelingsproces dan kunnen we achteraf
door een behandeling de primaire reflexen alsnog inhiberen.
Een andere manier wordt geclaimd door de mir methode.


In de edukinesiologie is de luie 8 een belangrijke oefening.
Door de luie 8 te maken worden verbindingen gelegd
 tussen de linker en rechterhersenhelft.
De luie 8 is om die reden ook 
een belangrijke oefening in de tekenlessen.

Een andere belangrijke oefening is de kruisloop:
We tikken met de linkerhand de rechtervoet aan
en andersom.


Je kan ook spelenderwijs de luie 8 oefenen

Afbeeldingsresultaat voor luie 8






dinsdag 9 augustus 2011

Kruipen en zo




Als je kind gaat bewegen kan het de wereld verkennen.
Je kindje krijgt controle over zijn lichaam.
De motorische ontwikkeling volgt in het eerste levensjaar 
een chronologische volgorde die voor elk kind ongeveer het zelfde is. 

Voordat een kind controle krijgt over zijn lichaam 
moet het eerst controle krijgen over zijn hoofd.
 Het hoofdje is in verhouding te groot en te zwaar.
Evenwicht is de basis van de hele motorische ontwikkeling.


Het advies om baby's op de rug te laten slapen, 
maxi cosi's, wipstoeltjes en looprekjes
maken dat baby's niet meer zo makkelijk, 
liggend op hun buik de wereld verkennen.

Waarom is die buikligging belangrijk?

Als een kind op zijn buik ligt worden de spieren van de rug sterker.
Een sterke rug helpt bij het recht houden van het hoofd.
Het kind zal vanuit de liggende positie proberen 
zijn hoofd op te tillen.
In de volgende fase gaat hij omrollen, 
op zijn handen steunen en zijn bovenlijf oprichten.
Als zijn voeten en benen sterker worden
 zal hij proberen om te kruipen. 


Kruipen is een hele belangrijke fase 
in het ontwikkelingsproces van een kind.
Het is belangrijk voor de hand-oog coördinatie, 
voor de oriëntering in de ruimte, 
voor het kruisen van de middellijn.

Niet alle kinderen kruipen. 
Er zijn kinderen die deze fase overslaan, 
die tijgeren, op hun billen schuiven
 of nog andere manieren vinden om vooruit te komen.


Stimuleer het kruipen door het kind 
veel liggend op zijn buik te laten spelen.
Ga zelf op de grond zitten, maak oogcontact, 
laat speelgoed zien en praat tegen je kind.
Beloon je baby met aandacht, 
laat merken dat je ziet hoe goed hij zijn best doet.
Maak de omgeving aantrekkelijk.
Een gladde vloer is lastig om te leren kruipen.
Leg in dat geval tijdelijk een stevig kleed op de grond. 

Doe je kind soepele kleren aan, 
blote voetjes is het beste tijdens het spelen op de grond.


Een van de reflexen die je bij kinderen 
met leer en gedragsstoornissen ziet 
is de nog aanwezige (symmetrische Tonische Nekreflex STNR)
Deze reflex komt tevoorschijn rond 6-8 maanden 
na de geboorte en moet geïnhibeerd zijn
rond 10 maanden na de geboorte.


De reflex zorgt ervoor dat de baby 
op handen en voeten omhoog komt om te gaan kruipen. 
Voordat de baby gaat kruipen gaat hij zitten in de "kat" positie: 
armen gestrekt en de billen rusten op de onderbenen. 
Wanneer het kind zijn hoofdje omlaag beweegt
 buigen de armen tot het hoofd op de grond rust 
en de billen komen de lucht in. 
Wanneer het hoofdje opgetild wordt 
strekken de armen zich en zakken de billen weer op de benen.


Deze reflex verdeelt het lichaam 
in een bovenste en onderste helft die tegengesteld werken.
Als de bovenste helft gestrekt is 
kan de onderste helft zich buigen en omgekeerd.
Dit is het moment waarop het kind leert zijn ogen te focussen 
van veraf naar dichtbij en omgekeerd.

Schoolkinderen bij wie deze Symmetrische Tonische Nek Reflex 
nog steeds aanwezig is herkennen we doordat ze:

op één of beide benen zitten met werken.
Zo houden ze én hun armen én hun benen gebogen.
Ze "hangen" in hun stoel: benen gestrekt 
zodat de armen gebogen kunnen worden.
Ze hebben moeite met het overschrijven van het schoolbord in hun schrift, 
omdat het focussen van de ogen
 van veraf naar dichtbij en terug veel te langzaam gaat.


Deze kinderen liggen vaak met hun hoofd bijna op de tafel 
wanneer ze aan het werk zijn.
Ook zijn het vaak onhandige kinderen; 
ze lopen overal tegenop, 
stoten van alles omver en struikelen over hun eigen voeten.
Door te kruipen komt deze reflex onder controle.

Van wie leer je nu het beste kruipen??