groep 1-2
Het autootje heeft overnacht op een parkeerplaats.
Als hij wakker wordt heeft hij het koud.
Zijn ramen zijn bevroren en hij kan niets zien.
Een grote vrachtwagen
verteld hem hoe hij de kachel aan moet zetten.
Even later zijn, zijn ramen ontdooit
en kan het autootje weer verder.
Goed zicht is belangrijk in het verkeer.
Het volgende probleem voor het autootje is regen.
Door de regen ziet hij niets.
Een tractor verteld hem dat hij ruitenwissers heeft
en legt hem uit hoe hij ze aan kan zetten.
Het autootje kan weer verder.
Hij bereikt uiteindelijk
het grote parkeerterrein met zijn familie.
We gaan een tekening maken van het autootje onderweg.
De kinderen gaan de middenstreep tekenen.
Het is een onderbroken strepenlijn
en dat is best nog lastig om te tekenen.
Na de middenstreep kan het autootje ingekleurd worden
en mag er van alles bij getekend worden,
zoals stoplichten en verkeersborden:
Een aangereden kindje links:
Een zebrapad:
Extra wegen:
En parkeerplaatsen:
Vrachtwagens op de weg:
Gelukkig kwam het kleine blauwe autootje weer veilig thuis