Kom uit het ei, kleintje

Groep 1-2 werkt in het voorjaar met het boekje: 

Kom uit het ei, kleintje!

Het is een schattig boekje.

Moeder Hen heeft een ei gelegd

maar niet weet hoe ze het uit moet broeden.

Ze probeert een paar manieren maar het lukt niet.

Ik voeg er met mijn verhaaltje nog een manier aan toe.

 
Ze legt haar ei onder een kroel dekentje.
Het dekentje bestaat uit allemaal lapjes.
Ieder lapje heeft een ander patroontje.

Moeder Hen droomt weg bij de verschillende lapjes stof.
Ze ziet haar kuikentje al lopen tussen de bloemen
als ze naar een lapje met een bloemenpatroontje kijkt.

Op het papier staat al het dekentje getekend.
Als je goed kijkt zie je het ei onder het dekentje liggen.

 
De kinderen gaan de strepen trekken
 van boven naar beneden en van links naar rechts. 
Als ze dat gedaan hebben mogen ze de lapjes gaan versieren.

Kinderen gaan op een gegeven moment
 lijnen en dwars lijnen tekenen. 

Dat hoort bij de normale tekenontwikkeling.

Als een kind kruisingen gaat tekenen betekent dat, 

dat er een eigen wil ontstaat.

 De periode dat een kind dwars tegen andermans meningen ingaat

 noemen we wel de peuterpubertijd.

Een kind dat de middellijn niet kan oversteken

zal het tekenblad een slag draaien
om toch de dwars strepen te kunnen tekenen. 

Het dekentje mag de volgende keer wat kleiner.