maandag 12 december 2011

Het kerstengeltje


groep 1-2

Het verhaal gaat over het versieren van de boom.
De kinderen in het verhaal mogen meehelpen.
Eén voor één worden de kerstballen uitgepakt.
Er zijn een paar bijzondere, 
doorzichtige kerstballen waarin sterretjes stralen.


Er zit ook een kerstengeltje in de doos.
Het engeltje springt, 
net voor het in de kerstboom gehangen wordt, zelf op een takje.
Het is een ondeugend engeltje 
dat aan het eind van het verhaal bijna uit de boom valt.
Gelukkig gaat het net goed.
Dat brengt ons op het onderwerp: beschermengel.


Wie heeft er een beschermengeltje op zijn schouder?
In elke klas zit wel een kind die iets heeft meegemaakt 
dat gelukkig goed afgelopen is.
Een bijna verdrinking of een bijna ongeluk...


Op het blaadje staan verschillende kerstballen 
en in het midden staat de engel.
De opdracht is: teken een aantal sterren.
De sterren kunnen in de kerstballen getekend worden maar ook erbuiten.


De kinderen mogen de ballen versieren en de engel inkleuren.
Ze zijn vrij om de tekening af te maken zoals ze zelf willen.
Omdat het bijna kerst is zijn er gouden potloden!


Deze sterren komen regelmatig terug.
Op het blaadje staat een voorbeeld hoe de sterretjes getekend worden.
Het tekenen wordt ook nog voorgedaan in de klas.
Het is géén gemakkelijke opdracht.




Kinderen van ongeveer 6 jaar zouden de sterretjes moeten kunnen tekenen.
Met 3 jaar kunnen de meeste kinderen een + tekenen en met 5 jaar een x

Beide tekens hebben te maken met het oversteken van de middellijn.
Niet alle kinderen in groep 1-2  kunnen de sterren maken.

Als het nog niet lukt zie je dat de kinderen 
op een eigen manier de sterretjes maken.

    
Met de kinderen die er moeite mee hebben tekenen we samen de sterren.


Kinderen in groep 3 moeten deze sterretjes wél kunnen maken.
Een enkel kind zal er moeite mee blijven houden.
Het zijn vaak de kinderen met motorische problemen.